Kerkhonger?
Als alles goed verloopt, mogen de terrassen en restaurants misschien ook wel beide Pinksterdagen open, zo liet onze premier in de afgelopen dagen weten. Dat is natuurlijk voor heel veel mensen geweldig nieuws: horeca-uitbaters en terrasgenieters. Toch krijg je bij heel veel van de nu afgekondigde maatregelen zo nu en dan wel het gevoel dat we als kerken niet direct bovenaan het prioriteitenlijstje staan. Maar goed, we zijn in die zin ook geen factor in het weer opstarten van onze economie. En natuurlijk, het openzijn van de bouwmarkt is van groot essentieel belang. Maar als kerken moeten we nog even geduld hebben, tot 1 juli.
Ik kan me in die zin wel iets indenken bij de uitdagende oproep van Tijs van den Brink in zijn vlog: “Gooi open, die kerken, nu! “ Waarbij bedacht moet worden dat dat dus het prettige is van columns schrijven: je kunt daarin over van alles en nog wat je mening spuien, je kunt stoom afblazen, zeuren, prikkelen, opbeuren, informeren en ga zo maar door.
Van den Brink doet daar dus dapper aan mee. Hij vindt onze kerken, in tegenstelling tot in die in sommige andere landen, veel te braaf. We wachten veel te keurig onze beurt af. En daarmee heeft hij wel een punt. Ook voor de kerken zijn de Pinksterdagen bijzondere dagen en als dan restaurants en terrassen wel corona-proof open kunnen met die dagen, waarom kerken dan niet. En dan denk ik niet aan de megakerken met vele honderden of zelfs duizenden kerkgangers, maar gewoon een dorpsgemeente, zoals bijvoorbeeld de onze. Of geven we dan het verkeerd voorbeeld?, is de provocerende vraag van Van den Brink. Willen de kerken van Nederland graag hun opofferingsgezindheid tonen door het braafste jongetje van de klas te spelen.
Trouw-columnist Stijn Fens heeft in dit verband het woord ‘kerkhonger’ gemunt. Vraag is hoe sterk die honger aanwezig is en waar de trek naar uitgaat. Daarbij komt dat dat corona-proof ter kerke gaan nog best een gedoe gaat worden. Want wat missen we misschien nog wel het meest als we voor de TV zitten om een kerkdienst te volgen ( alleen het woord al!): natuurlijk het samen zijn, maar niet minder ook het samen zingen. En hoe juist dat gaat komen is nog maar de vraag voor na 1 juli. En verder vallen een aantal kerken gewoon af omdat corona-proof de ruimte gebruiken en indelen enorm lastig wordt. Ooit waren kerken vooral lege ruimten ( denk aan de schilderijen van Pieter Saenredam) maar in de loop van de tijd en vooral in de 19e eeuw werden diezelfde lege ruimten omgebouwd tot bankenpaleizen. De sacrale ruimte werd een gehoorzaal: alle blikken gericht op kwatta, of in dit geval de preekstoel. Dat breekt ons nu op, en langzaam sijpelt het besef ook weer binnen dat kerken veel meer wilden en daarom kunnen zijn dan gehoorzalen. Een uitdaging? Me dunkt.
Of het 1 juli wordt, of toch maar 1 juni of zelfs burgerlijk ongehoorzaam, eerste Pinksterdag….. daar zullen we als kerken, landelijk, regionaal en plaatselijk over moeten nadenken. Over kerkhonger, over mogelijkheden en onmogelijkheden. En ook dat is een uitdaging.
Harrie Strubbe