Gedoe, gedoe, vooral veel gedoe
Gisteren waren ze er dan: de protocollen van de PKN met het oog op de komende maanden nu er weer wat meer mag. We staan als kerken weliswaar niet op de eerste rij als het om versoepelingen gaat, maar toch. De maand juni zou een proefmaand kunnen zijn om diensten te houden met maximaal 30 mensen ( na aftrek van dienstdoend personeel betekent dat 25 kerkgangers), om dan straks vanaf 1 juli met maximaal 100 mensen verder te kunnen.
Ik moet eerlijk zeggen, hoe graag ik ook weer gewoon diensten met u zou willen houden, mij bekruipt bij het lezen van die protocollen vooral het gevoel van: wat een gedoe. Dat de kerkenraad deze week besloot om geen gebruik te maken van die proefperiode had dan ook helemaal mijn instemming.
In de column van gisteren had ik al over het zingen, waarover gisterenavond overigens ook nog een item in een van de actualiteitenprogramma’s. Nu haasten de beleidsmakers van onze kerk zich om alternatieven aan te dragen, want zo zeggen ze: ‘een dienst valt of staat niet bij het zingen’. Nee, dat zal wel, maar dat gaat me wel iets te vlug en te makkelijk. En die alternatieven: een paar zangstemmen, piano-of orgelspel, liederen declameren met de melodie op de achtergrond. Nou, allemaal aardig bedacht en we zijn gezegend met goede muzikanten en zangstemmen, maar wat mij betreft toch vooral pleisters op de wond. En ja, ook prijst onze kerkleiding de waarde van stilte aan: “dit zou wel eens het moment kunnen zijn om de rijkdom van de stilte als liturgisch element te kunnen ontdekken. Niet minder aardig bedacht, maar laten we van de nood geen deugd proberen te maken. In de kloosters, voor het besef van velen toch centra van stilte, bestaat de liturgie toch ook vooral uit het zingend bidden van psalmen. Ik las toevallig gisteren nog ( wat heet toevallig) dat abt Odo van het belangrijkste klooster uit de middeleeuwen, Cluny, zijn broeders maar liefst 138 psalmen per dag liet reciteren. Hoezo stilte?
Ik weet wel, we moeten er straks met elkaar binnen de mogelijkheden het beste van zien te maken: maar reserveringen vooraf, eventueel wel loten wie wel en wie niet, bezoekers registreren ( ivm mogelijk contactonderzoek), plaatswijzers met gele hesjes, het hele gedoe rond collecteren, looproutes en ga zo maar door: alle spontaniteit, die toch eigen is aan met elkaar naar de kerk gaan, het is ver te zoeken. Het is vooral gedoe, veel gedoe.
Half juni, als er misschien ook wat meer duidelijk is hoe het verloop van de virusverspreiding is na een maand versoepeling zal de kerkenraad zich opnieuw over deze materie buigen. Natuurlijk , we willen wat graag en na 1 juli biedt het aantal wat meer speelruimte en dan geeft de Sint Jan ons de meeste bewegingsruimte. Maar gedoe blijft het.
Harrie Strubbe