De geknipte gast
Bekende Nederlanders in de stoel van een nieuwsgierige en spraakzame kapper: Ozcan Akyol, oftewel Eus. Een grappige en vooral herkenbare formule. In de kapperstoel, net als bij de fysiotherapeut, komt het soms tot heel aardige gesprekken. Dat heeft volgens mij met een bijzondere mix van nabijheid en afstand te maken ( goh, dat zijn woorden die we maar al te goed kennen sinds een paar maanden). Ik bedoel, je kapper komt heel dicht bij je, zit aan je ( in elk geval aan je haar) maar ondertussen loopt het oogcontact via de spiegel. Een zekere afstand dus. Toen Ozcan in verband met de corona-maatregelen zijn gasten niet meer mocht knippen, verloor het programma daarmee ook iets van zijn charme, ondanks zijn vaak onbevangen manier van vragen stellen.
Hoe kom ik hier nu op? Wel, vandaag was het op de kop af 16 weken geleden dat ik voor het laatst bij de kapper in de stoel had gezeten. In maart viste ik precies achter het net voor een nieuwe afspraak. Maar vandaag was het dan zover: was ik de geknipte gast. Al zat er in dit nieuwe regime geen kopje koffie meer in en is de wachtruimte verplaatst naar het trottoir buiten. Daar was het wachten op het moment dat de kapster je naar binnen vroeg. Op mijn vraag of ze het spannend had gevonden antwoordde ze dat het vooral de eerste dag allemaal wel wat onzeker had gevoeld: was de boel goed georganiseerd, zouden de klanten zich aan de spelregels houden. En de klanten: ongemakkelijk, bang of vooral gewoon blij? Een van de eersten had wat bangig gevraagd naar de looprichting. Die was we dus niet: achter je kapster aan die je je plaats wel zou wijzen, was het motto. Maar voor de rest was het goed gegaan. En als grappig bijkomend gebeuren: meer dan normaal waren de blijken van waardering geweest. En dat was best wel prettig geweest.
Op haar de vraag wat de bedoeling was, antwoordde ik: het mag wel langer blijven. Daarin bleek ik niet de eerste te zijn. Wat langer haar en ook vaker de eigen kleur die mensen na al die weken als het ware weer hadden herontdekt. Nu was mijn grijs mij al meer dan vertrouwd, dus daarin verandert niets, maar de krullen in mijn nek krijgen in het vervolg dus weer een kans.
En ondertussen kruipen Nederland en de rest van Europa langzaam uit de verschillende vormen van lockdown. De horeca-uitbaters die zich al rijk hadden gerekend met een lang Pinksterweekend, kwamen bedrogen uit, de sportschoolhouders moeten nog geduld hebben, maar voor de rest komt de zaak van het slot: de teugels laten vieren, zonder dat het paard op hol slaat, zo kopte Trouw gisteren. We gaan het zien: of het gaat lukken in de horeca en of de zaak onder controle gehouden kan worden. En dan maar afwachten hoe het van de zomer gaat komen met de vakanties. Maar denk maar zo: als je haar maar goed zit…..
Harrie Strubbe