De wereld anders denken
De Duitse historicus Philipp Blom noemt Covid-19 slecht nieuws voor de menselijke ijdelheid. In Tijdgeest ( weekendbijlage van Trouw) legt hij uit wat hij daarmee bedoelt. Het gaat hem daarbij om de plek van de mens in het geheel van de wereldwerkelijkheid en hoe mensen daarmee omgaan.
“Een dom stukje DNA, afkomstig van een markt in China, blijkt binnen enkele dagen de hele wereldeconome te kunnen verlammen. En de meest geavanceerde maatschappijen op slot te zetten. Omdat wij niet buiten de natuur staan. Menselijke wezens zijn lang niet zo bijzonder en machtig als ze zelf graag denken.” Met deze insteek zet Blom een paar zaken op scherp. Allereerst natuurlijk onze manier van leven, consumeren, produceren, de onverzadigbare honger naar grondstoffen en het angstaanjagende onvermogen om het afval te verwerken dat vooral rijke landen produceren. Hij durft het zelfs aan om het ‘geheim van het succes van gisteren te benoemen als een recept voor een langzame zelfmoord vandaag.”
Somberheid troef dus? Dat zou je bijna gaan denken. Maar Blom benadrukt nog maar eens dat het echt niet overdreven is, maar dat blind vertrouwen dat de technologie dit allemaal voor ons zal gaan oplossen een intellectuele belediging is. Daarmee bedoelt hij vooral dat we zien wat er gebeurt, dat we het weten, maar dat we er eigenlijk niets aan doen. Zijn pleidooi draait dus om ‘anders denken, de wereld anders denken’.
En daar raakt hij nadrukkelijk ook aan het terrein van de theologie. Het klassieke mensbeeld als het gaat om zijn positie ten aanzien van de rest van de werkelijkheid, is dat de mens een speciale positie inneemt. Denk aan de beide scheppingsverhalen, waarbij in het scheppingslied uit Genesis 1 sprake zou zijn van ‘heersen over’, terwijl we in het tweede hoofdstuk de mens namen zien geven aan de dieren en wie benoemd….. En verder is er nog Psalm 8 waarin de mens als bijna goddelijk wordt beschreven. Beeld dat zo wordt geschapen is dat Gods lievelingscreatuur dat verheven is boven de natuur en daar eigenlijk geen deel van uitmaakt. In de woorden van Blom een zelfoverschatting die misschien geruime tijd nuttig was, maar inmiddels zijn houdbaarheidsdatum hoog en breed heeft bereikt, zo niet overschreden. En me dunkt, daarmee heeft hij inderdaad een punt. Los nog van exegetische overwegingen die vraagtekens kunnen zetten bij het klassieke beeld, de werkingsgeschiedenis is wel zo geweest als geschetst en daarmee gaan we het dus niet redden. Vandaar Bloms pleidooi voor een radicaal herdenken wie we zijn, wat een maatschappij kan en moet zijn. In zijn woorden: we kunnen alleen overleven als we onze plaats vinden binnen de natuur.
Dat klinkt nogal drastisch, maar als de corona-crisis iets heeft duidelijk gemaakt dan is het wel de kwetsbaarheid, niet alleen van mensen, maar ook van ons hele maatschappelijk bestel, onze wereldinrichting, onze economie.
Op zoek dus naar de ideale samenleving? Ach, de geschiedenis leert dat ideaalbeelden zomaar kunnen omslaan in terreur. We leven in een bizarre wereld en het is al heel wat als we dat inzien en daarover na gaan denken. In termen van het jaarthema van de Protestantse kerk Nederland: waar is het goede leven, wat is het goede leven. Op die vragen bestaat geen panklaar antwoord en geen enkel antwoord kan het alleenrecht op waarheid claimen. Maar zoals Blom bepleit: we moeten wel de mogelijkheid creëren de wereld anders te denken en anders te voelen.
Harrie Strubbe