Een nieuwe grens bereikt?
Column
Een nieuwe grens bereikt?
Ons land lijkt op een nieuwe grens aan te koersen. Nee, niet die van code-zwart. Nou ja, die ook en ik wil daar zeker niet iets op afdingen. Dat het op zich treurig is dat een welvarend land als het onze bij de huidige bezettingsgraad zo op zijn kop staat is een ander verhaal. Het verhaal van jarenlang de zorg commercialiseren en vooral bezuinigen. Maar daarover steggelen levert voor de korte termijn niet zo heel veel op. Al krijgt je tegelijk niet de indruk dat daar erg veel werk van wordt gemaakt, maar misschien is daar ook gewoon de tijd niet voor en welk ziekenhuis heeft nu nog ruimte voor stagiaires.
Maar wat levert dan wel wat op? Wel, dat heeft met die genoemde grens te maken: het vaccineren van gezonde kinderen tegen een virus dat voor het overgrote deel van hen niet gevaarlijk is. In tegenstelling tot het Rijksvaccinatieprogramma waar het om mogelijk levensbedreigende kinderziektes gaat, is er hier iets anders aan de hand: de samenleving moet tegen een virus en tegen zichzelf in bescherming genomen worden en jonge gezonde kinderen moeten daar als instrument voor dienen. Kinderartsen lijken mordicus tegen, maar voor hoe lang nog?
Pleitbezorger nummer één lijkt viroloog/diergeneeskundige Ab Osterhaus. ’s Mans vocabulair is zo langzamerhand beperkt geraakt tot twee woorden: vaccineren en prikken. Afgelopen week zat er een ziekenhuisspecialist tegenover hem aan een van de praattafels en die wilde het ook wel eens over preventie hebben: veel van de i.c.coronapatienten zijn mensen met overgewicht en longklachten, bijvoorbeeld door ongezonde levensstijl en roken. De man werd met een minzaam, niet van hooghartigheid gespeend, glimlachje weggewimpeld door onze dierendokter: nergens voor nodig, vaccineren!
Maar wacht eens even ,denken sommigen misschien nu wel: zijn de meeste i.c.coronapatienten dan niet gewoon ongevaccineerden? Ja, op dit moment in meerderheid nog wel. Maar is daar de zaak dan mee af? Vaccinatieplicht, desnoods ook voor gezonde kinderen, in de ogen van Osterhaus blijkbaar niet anders dan kalveren of kuikens die we ook maar naar hartenlust vaccineren.
Een week eerder had Osterhaus een iets geduchtere opponent tegenover zich bij dezelfde praattafel: Rosanne Hertzberger, microbioloog en publicist. En nee, geen wappie, want een hartstochtelijk pleitbezorger voor het Rijksvaccinatieprogramma. Toen toonde ze zich al strijdvaardig, afgelopen zaterdag deed ze in haar wekelijkse NRC-column nog eens een ferme schep bovenop. En ze triggerde mij. Bijvoorbeeld met een zin als ‘het is nog altijd gevaarlijk om als autoriteit een minderheid te bestempelen als een te mijden ziektekiemen verspreidende bedreiging voor de volksgezondheid .’ Je hoort het Hugo de Jonge wel niet met zoveel woorden zeggen, maar je merkt aan alles dat Hertzberger er niet gerust op is. Ze ziet wat er in bijvoorbeeld in Oostenrijk gebeurt en dat baart haar zorgen. Zelf heb ik steeds geroepen dat het in Nederland nooit zover zou komen, dat ons democratisch besef en onze rechtsstaat dat nooit zouden toestaan. Maar ik ben daar tot mijn eigen schrik niet meer zo zeker van.
Hertzberger heeft zorgen over hoe het met de samenleving gaat komen. En ik deel die zorgen. En als meer mensen dat zouden doen, kunnen we de Baudets c.s. misschien de wind uit de zeilen houden en dat alleen al zou zeer wenselijk zijn. Zij gedijen immers alleen maar bij de gratie van polarisatie en tweedeling. Maar Nederland is in de woorden van Hertzberger “een land dat historisch nogal zwaar leunt op goedzakken en vrijwilligerswerk. Mensen komen opdagen als je ze het aardig vraagt. Bijna de helft van Nederland doet vrijwilligerswerk. Dit land draait op kneuterige clubjes, koortjes, scoutings, kerken, orkesten, rotary’s, carnavalsverenigingen, sjoelclubs. NL.doet, zeg maar. Maar naarmate deze regering met de naald in de hand steeds grotere delen van de samenleving tegen zich in het harnas jaagt ( en tegen elkaar opzet. H.S/) haken mensen af. En nogmaals , dat zegt ze niet omdat ze een anti-vaccer is ( zie boven) maar om wat ze ziet gebeuren in de samenleving: straks misschien wel steeds minder mensen die nog mee willen doen aan alle goede ideeën voor dit land. Als we niet uitkijken wordt een zeer kostbaar weefsel uiteengereten. En dat zou ons wel eens behoorlijk parten kunnen spelen als we ooit nog eens naar normalere tijden terugkeren. Als we het samen moeten doen, dan ook werkelijk samen en niet door met zwarte pieten ( oeps, verkeerd, politiek incorrect beeld) elkaar klem te zetten. Toen de intensivisten vorig jaar weleens voorzichtig spraken over de Michelinmannetjes in hun i.c.bedden riep toch ook niemand: eigen schuld, dikke bult, laat ze maar verrekken!?
We moeten met elkaar uit dit verhaal zien te komen, maar laten we de grenzen wel in ogenschouw blijven houden. Als samenleving en dus als die minisamenleving die we kerk noemen. Alleen echt samen kan dat lukken.
Harrie Strubbe